...

Ongezouten kritiek op het kwaliteitshandboek waarover iedere Belgische apotheek sinds 2012 moet beschikken. Aan de basis ervan ligt het KB van 21 januari 2009. Dat besluit bevat richtlijnen in de vorm van de Gids voor de Goede Officinale Farmaceutische Praktijken (GGOFP). Doel is een kader te schetsen voor kwaliteitsvolle farmaceutische zorg. Maar het volstaat uiteraard niet dat het handboek ergens in de apotheek ligt, het moet ook up-to-date zijn.Recent onderzoek van onder andere professor Hans De Loof (UA) evalueert nu voor het eerst het kwaliteitshandboek en de mate waarin het bijdraagt tot de kwaliteit in de apotheek (zie 'Methode'). Met andere woorden, pas acht jaar na de invoering ervan wordt nagegaan of het handboek de zorg voor de patiënt echt ten goede komt.Deze studie maakt ook duidelijk dat de meningen over de finaliteit van het kwaliteitshandboek verdeeld zijn. Nogal wat bevraagde apothekers denken dat het doel is een algemene richtlijn op te stellen, een soort handleiding om fouten te voorkomen.Anderen veronderstellen dat het een houvast vormt om tot een zeker kwaliteitsniveau in de apotheek te komen. Nog anderen zien het als een intern of extern controle-instrument. Zo zou een e-versie van het kwaliteitshandboek het aantal FAGG-inspectiebezoeken kunnen reduceren. Tot slot leggen apothekers de link naar de financiële belangen die verzekeringsmaatschappijen en APB hierbij kunnen hebben.Consensus is er (uiteraard) bij de ondervraagde apothekers dat farmaceutische zorg belangrijk is in het nastreven van kwaliteit. Opmerkelijk is wel dat geen enkele respondent van oordeel was dat het kwaliteitshandboek een positieve impact heeft op de kwaliteit van die farmaceutische zorg in de apotheek.Over het effect van het kwaliteitshandboek op de magistrale bereidingen - volgens de bevraagde apothekers het tweede belangrijkste aspect van kwaliteit - zijn de meningen verdeeld. Sommigen vinden de procedures handig. Ook de registratie van bereidingshandelingen kan op enige clementie rekenen omdat dat nuttig is voor de eigen controle en omwille van de traceerbaarheid.Het gros van de apothekers vindt echter dat het handboek geen meerwaarde biedt. De redenen zijn duidelijk: het is niet praktisch, niet daadwerkelijk bruikbaar. "Kwaliteit", zo luidt het, "wordt ingevuld door het personeel en daarom kan geen directe relatie met het handboek worden gelegd." Als het handboek al een bijdrage levert aan een betere kwaliteit dan gaat die enkel over deelaspecten zoals magistrale bereidingen. Apotheek-breed schiet het tekort.Het gros van de bevraagde apothekers denkt dat het kwaliteitshandboek wel een potentiële meerwaarde zou kunnen hebben. Met name omdat het verplicht te reflecteren over de eigen werkwijze. Daarnaast kan het in grote apotheken helpen bij het nastreven van een zekere uniformiteit bij handelingen, taakafspraken en -verdelingen. Eventueel heeft het een zekere waarde voor medewerkers die niet vertrouwd zijn met de werking van de apotheek - al spreken andere apothekers dat tegen.Tot daar de beperkte potentiële voordelen. Daar staan belangrijke nadelen tegenover. Een handboek bijhouden kost geld en vergt (te) veel tijd. Tijd die niet naar patiëntenzorg gaat. In de commentaren van de apothekers komen de woorden "administratieve rompslomp" en "bureaucratisch" met de regelmaat van een klok terug.Een veelgehoorde kritiek is ook dat de inhoud te uitgebreid, te gedetailleerd en te theoretisch is. En dus weinig toepasbaar in de praktijk volgens sommigen. Opgemerkt wordt verder dat het personeel het boek niet leest. Niet denkbeeldig is bovendien dat sommigen vals registreren en niet handelen volgens de voorgeschreven protocollen.Voor nogal wat apothekers kan het kwaliteitshandboek niet verbeterd worden. Eenvoudigweg omdat ze het hele concept in vraag stellen. Wie wel verbetering mogelijk acht, wil het handboek aanzienlijk inkorten, het meer praktijkgericht maken enz.Slechts een minderheid zegt trouwens het handboek volledig bij te houden. Doorgaans zijn enkel de hoofdstukken up-to-date die men belangrijk vindt. Met name is dat het deel 'magistrale bereidingen' en dan meer specifiek de bereidingsfiches en de registratiebladen met ijking van de weegschalen en de koelkasttemperatuur. Waarbij men aanstipt dat deze gegevens al werden bijgehouden voor er sprake was van het kwaliteitshandboek. Enkel doet men het nu consequenter.Het besluit is echter overduidelijk, hard en onverbiddelijk. De meeste apothekers vinden dat het handboek informatie over de kwaliteit van de zorgverstrekking niet, of onvoldoende, registreert. Een verband tussen de beschreven organisatiestructuren en -processen en de zorg voor de patiënt ontbreekt. Dat is een ernstige tekortkoming. Verder meet het kwaliteitshandboek onvoldoende wat het beoogt te meten.De auteurs wijzen tot slot op een belangrijk manco in de huidige kwaliteitsbenadering, met name wordt zorgkwaliteit op zich niet gemeten. Dat zou bijvoorbeeld wel kunnen via outcome-indicatoren.