Sabrina Suetens is de nieuwe algemeen directeur van beMedTech. Ze werd in februari benoemd tot hoofd van de federatie. We gingen met haar in gesprek over de uitdagingen waar de veelbelovende sector voor staat.
...
Wie is Sabrina Suetens? Welk professioneel traject ging uw nieuwe rol als algemeen directeur van beMedTech vooraf?Sabrina Suetens: Ik ben econoom van opleiding en werk intussen ruim dertig jaar in de Belgische gezondheidszorg. In die tijd heb ik het systeem vanuit verschillende perspectieven leren kennen en heb ik relaties kunnen uitbouwen met verschillende stakeholders.Begonnen ben ik in de industrie van innovatieve geneesmiddelen. Daarna heb ik bedrijven geleid die services aanboden rond health data, en uiteindelijk ben ik voor de sector van medische hulpmiddelen gevallen. Waarom? Om de rol die ze spelen als compagnon de route, zowel voor patiënten als voor zorgverleners en beleidsmakers.Dat hele traject en het feit dat ik al verschillende jaren een actief lid van beMedTech was, hebben waarschijnlijk geleid tot de kans die ik nu krijg. Zelf zie ik er in elk geval een logische opbouw in (lacht). Wat zijn de belangrijkste doelstellingen die u wil verdedigen bij de minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke? De minister en wij als sector hebben een gemeenschappelijk doel: onze gezondheidszorg verbeteren. Om dat doel te bereiken en in het belang van de patiënt, is samenwerken met alle stakeholders volgens mij de enige juiste strategie.Enkel medische technologieën die een meerwaarde bieden voor patiënten, zorgverleners en/of het zorgsysteem hebben een duurzame toekomst. Ik ben me zeer goed bewust van de maatschappelijke verantwoordelijkheid die dat met zich meebrengt voor ons als federatie. En ik durf te stellen dat de overgrote meerderheid van onze leden zich daar óók van bewust is.De minister van Volksgezondheid heeft deze legislatuur al verschillende positieve initiatieven genomen: ? het gebruik van digitale medische technologieën kreeg een nieuwe impuls, bijvoorbeeld via de vernieuwde terugbetalingsprocedure voor mobiele medische toepassingen en het budget van 20 miljoen euro voor de implementatie van digitale tools in onze ziekenhuizen. ? er is een shift naar een meer gebundelde financiering van zorg met sterkere incentives voor kwaliteit; ? er wordt werk gemaakt van een beleid gestoeld op gezondheidszorgdoelstellingen; ? de aanstelling van casemanagers zal de zorgervaring van mensen met bepaalde chronische ziekten (o.a. amyotrofe laterale sclerose of ALS, multipele sclerose en ziekte van Parkinson) helpen verbeteren; ? thuishospitalisatie kreeg een serieuze boost; ... Hoe beoordeelt u uw relaties met het FAGG en MedTech Europe? Al tijdens mijn eerste vergadering met het FAGG in mijn nieuwe functie bleek dat we het eens zijn over de te volgen weg: we moeten inzetten op publiek-private samenwerking.Het spreekt voor zich dat de industrie van medische technologieën fundamenteel verschilt van andere sectoren en dus ook andere acties vraagt. Ik denk bijvoorbeeld aan: ? de nieuwe Europese regelgevingen rond in-vitro diagnostica (IVDR) en medische hulpmiddelen (MDR). Die vragen ook op nationaal vlak heel wat aanpassingen.? de verplichte gegevensbank EUDAMED die informatie bundelt over alle medische hulpmiddelen die in Europa mogen worden verspreid. Bij de uitrol daarvan moeten we koste wat het kost dubbel administratief werk vermijden en garanderen dat de verschillende stakeholders in de zorg precieze en correcte informatie krijgen. Daarom werken we samen met de overheid aan een aantal concrete projecten om zo snel mogelijk uit de huidige impasse te geraken, steeds met het uiteindelijke doel voor ogen: het juiste evenwicht bewaren tussen veiligheid en doeltreffendheid enerzijds en flexibiliteit en lean procedures anderzijds. MedTech Europe focust vooral op een betere coördinatie op het vlak van gezondheidszorg binnen Europa, bijvoorbeeld om de traceerbaarheid van medische hulpmiddelen te verbeteren, het optimaal gebruik van gezondheidsgegevens te verzekeren, naleving van de Algemene Verordening Gegevensbescherming te garanderen en de cyberveiligheid te versterken. Als lid van MedTech Europe onderschrijven we die prioriteiten mee. Daarnaast krijgen we dankzij ons lidmaatschap toegang tot experts op het vlak van EU-regelgeving en van andere nationale markten dan de Belgische, kunnen we good practices uitwisselen... Medische technologie is een erg breed domein. Hoe houdt iemand het overzicht tussen MedTech, BioTech en HealthTech? En dreigen die verschillende domeinen elkaar niet te verdringen?Het klopt dat er heel wat overlap is en dat het daardoor moeilijk kan zijn om het onderscheid te maken. Zelfs tussen farma en medtech is soms moeilijk een grens te trekken, of tussen in-vitro diagnostica en gepersonaliseerde therapieën. Net daarom vind ik het woord "samenwerking" zo cruciaal. Het komt er vooral op aan om elkaar te begrijpen en elkaars expertise te respecteren. En wat voor de patiënt telt, is dat hij of zij de best mogelijke zorg krijgt in termen van kwaliteit en prijs.Vandaag bestaan er nog verschillen in terugbetalingstermijnen voor gepersonaliseerde therapieën en voor hun companion diagnostics, door de verschillende regelgeving die van toepassing is. Zo kan het gebeuren dat een geneesmiddel al wordt terugbetaald maar de diagnostische test die voorspelt of dat medicijn zal aanslaan, nog niet. Dat "silodenken" is historisch gegroeid, het is geen bewuste beleidskeuze. Maar intussen is het voor iedereen duidelijk dat niemand er baat bij heeft: niet de patiënt, niet de zorgverleners en niet de beleidsmakers. Daarom werken we samen met pharma.be actief aan constructieve oplossingen voor dit probleem. Ook met de regionale clusters die actief zijn in MedTech, BioTech en HealthTech werken we trouwens samen. Denk bijvoorbeeld aan Medvia, BioWin en lifetech.brussels. Zij stomen goede "spelers" klaar voor de gezondheidszorg. Wij van onze kant bouwen aan een gepast regelgevend en financieel kader voor de medische technologieën die die nieuwe spelers met zich meebrengen. Hoe ziet u de rol van technologie in onze gezondheidszorg evolueren? Als federatie zien we vier belangrijke trends in de zorg die onze sector kan ondersteunen: 1. een shift naar een meer preventieve, proactieve en gepersonaliseerde aanpak van de patiënt; 2. de verankering van geïntegreerde zorg, met een betere zorgervaring voor de patiënt als gevolg; 3. betere ondersteuning van zorgverleners zodat ze meer patiënten kunnen verzorgen en meer op hun kerntaken kunnen focussen; 4. empowerment van de patiënt. Ik denk dat medische technologie voor elk van die trends een belangrijke facilitator kan zijn, maar nooit een doel op zich.Innovatie in de zorg is nog nooit zo snel gegaan als nu: robotgeassisteerde chirurgie, digitalisering, artificiële intelligentie, 3D-printing, big data... Dat is fenomenaal om te zien. Maar willen we dat al dat nieuws tot meer en betere gezondheid en levenskwaliteit voor iedereen leidt, en dat met de budgetten die sowieso beperkt zijn, dan moeten we:? al die innovaties integreren in efficiënte processen; ? verzekeren dat ze correct worden gebruikt, zowel door zorgverleners als door burgers en patiënten; ? erop toezien dat ze de zorgpraktijk daadwerkelijk ondersteunen, bijvoorbeeld via preciezere diagnoses met behulp van AI; Een belangrijke sleutel ligt bij een beter gebruik van alle data die we verzamelen met medische technologieën. En ook daar is publiek-private samenwerking de enige strategie om tot duurzaam succes te komen.Is het überhaupt mogelijk om ons een realistisch beeld te vormen van hoe zorg (of het nu preventie of ziekenhuiszorg is) er binnen 5 of 10 jaar uit zal zien? Een glazen bol heb ik niet, maar het is duidelijk dat een aantal trends zich zal doorzetten en dat burgers, patiënten, een actievere rol zullen opnemen in de zorg. Want we willen uiteindelijk allemaal mee beslissen over onze zorg en genieten van een aanbod op maat. Dat zal er, samen met de vergrijzing, mee voor zorgen dat de zorgvraag nog sterk zal toenemen. En zonder ingrijpende maatregelen zal het zorgaanbod niet kunnen volgen... Willen we de zorgvraag kunnen blijven opvangen, dan moeten we nog beter geïntegreerde zorg ontwikkelen voor mensen met een chronische ziekte, met een interdisciplinaire aanpak en vlotte gegevensuitwisseling. Anders kan je nooit een totaalbeeld van de patiënt krijgen en de zorg dus ook nooit optimaal afstemmen op haar of zijn noden, rekening houdend met de beschikbare middelen.Het is goed mogelijk dat mensen met een chronische ziekte in de toekomst veeleer in de eerste lijn dan in de tweede lijn worden opgevangen. Met de huisarts als een coach die hen begeleidt bij hun gezondheidstraject, samen met de apotheker en andere zorgprofessionals. Er zullen waarschijnlijk ook nieuwe zorgprofielen opduiken, bijvoorbeeld professionals die de veelheid aan gezondheidsdata helpen en een alarmsignaal geven wanneer dat nodig is. Zo'n nieuwe rol en de verantwoordelijkheden die daarbij komen kijken, moeten we met zijn allen definiëren. Ook voor ziekenhuizen gaat er veel veranderen. Het ziekenhuis zal waarschijnlijk nog meer dan nu een hoogtechnologisch kenniscentrum worden, gespecialiseerd of meer algemeen, dat samenwerkt met andere zorgverleners en met de patiënt. Technisch kan de zorg nog doeltreffender en efficiënter worden, maar door de stijgende vraag zullen de uitgaven voor zorg niet dalen, integendeel. De enige manier om die uitgaven te drukken, is preventie: voorkomen dat de mensen zorg nodig hebben. We hebben nog een lange weg af te leggen op dat vlak, maar het is de enige optie om het evenwicht tussen zorgvraag en -aanbod meer in evenwicht te brengen en mensen zolang mogelijk een zo gezond en goed mogelijk leven te helpen leiden. Wat zijn de grote uitdagingen voor de volgende drie jaar? Omdat medische technologieën een cruciale rol te spelen hebben in het ondersteunen van onze gezondheidszorg, pleiten wij voor: ? een betere en snellere toegang van patiënten en zorgverleners tot waardevolle medische technologieën; ? een versterkte samenwerking met beleidsmakers en de zorgsector om te zorgen dat die technologieën ook efficiënt en doeltreffend worden ingezet in de praktijk; ? een optimale organisatie van geïntegreerde zorg.Wat fascineert u het meest in de gezondheidszorg vandaag? De snelle evolutie van medische technologie, de vooruitgang in medisch onderzoek en de groeiende aandacht voor mentaal welzijn. Apps voor zorg op afstand, genomica en gepersonaliseerde geneeskunde, het enorme potentieel van AI, enz. Het zijn allemaal razend interessante ontwikkelingen. Maar wat me al dertig jaar het meest boeit, is de menselijke factor.Ik ben ervan overtuigd dat menselijk contact cruciaal zal blijven in de zorg: contact tussen patiënten en zorgverleners, tussen zorgverleners onderling en met de vele andere stakeholders in de sector. Daar blijft voor mij de sleutel tot goede zorg liggen. Ik ben erg benieuwd hoe die dynamiek zal evolueren en welke rol technologie daarin zal innemen. Het is mee aan beleidsmakers om de uitdaging aan te gaan en samenwerking tussen al die actoren te stimuleren. Waar bent u bang voor? Mijn grootste angst is dat mensen die me dierbaar zijn, ziek worden en geen toegang meer hebben tot kwaliteitsvolle, innovatieve en warme zorg.Met welke boodschap wilt u dit interview graag afsluiten? Door medische technologieën gerichter te gebruiken, kunnen we patiënten, zorgverleners en het zorgsysteem nog meer waarde bieden. Ik reik de hand uit naar alle stakeholders om daar samen werk van te maken en zo de kwaliteit, toegankelijkheid en duurzaamheid van onze zorg verder te verbeteren. Samen kunnen we zoveel meer. Mijn motto is niet voor niets Together Everyone Achieves More. Bedankt voor het fijne gesprek!